De naam Montrachet (in de Romeinse tijd Mons Rachicensis) betekent “kale heuvel” en duidt op de afwezigheid van bomen. De wijngaard ligt op 260 meter hoogte met een perfecte expositie (stand ten opzichte van de zon), een uitstekende afwatering en beschermd tegen de overheersend westelijke wind. De wijngaard heeft een harde, arme, onvruchtbare bodem van Bathonische kalksteen met daarop een lichtbruine laag van kalksteengruis. Bovenaan de wijngaard ligt mergel uit het Bajocien, in het onderste deel vooral kiezelstenen. De wijngaard is over het geheel vrij stenig. Gefascineerd door het unieke karakter van de wijn doen wetenschappers al sinds eeuwen onderzoek naar de bodemsamenstelling van de wijngaard. Men heeft ontdekt dat in de bodem wat ijzer en klei worden aangetroffen, maar ook een opvallende hoeveelheid magnesium, lood, gallium en beryllium. Bovendien enige hoeveelheden koper, zink, strontium, titanium, kobalt, tin, molybdeen, vanadium, nikkel, chromium en zelfs zilver. Het is aangetoond dat deze stoffen een effect hebben op de druiven die ermee gevoed worden en op de wijn die daarvan wordt gemaakt. Chromium is bijvoorbeeld goed voor de fruitontwikkeling, zink om de zuurgraad te verminderen en de rijkdom van de druivensuiker te vergroten en kobalt versnelt het rijpingsproces. Toch zijn de ligging en de afwatering de belangrijkste factoren die Le Montrachet zo'n uitzonderlijke kwaliteit geven.

Montrachet